[Blog] Toetsmatrijzen, doelen bepalen en meer tips voor het samenstellen van toetsen
Toetsen blijft een heet hangijzer. Niet alleen voor leerlingen, ook voor veel docenten. Doctor René Westra is expert op gebied van toetsen en stond meer dan 50 jaar voor de klas in het vo. Hij deelt zijn kennis in deze blogserie. In deze 1e blog lees je zijn tips over onder meer het maken van toetsmatrijzen en het vaststellen van doelen, zodat je goed voorbereid bent als jullie een toets gaan samenstellen.
Tip 1: Stel de toets samen als team van collega's
De beste toetsen maak je samen met een collega. De één ontwikkelt de toetsvragen. Daarna leest de ander alles na. Die “tegenlezer” haalt onduidelijke formuleringen eruit, inhoudelijke foutjes of typefoutjes. Evalueer na afloop samen de toets: zijn alle vraagstellingen wel écht duidelijk?
Tip 2: Bepaal het wat, hoe en waarom van de toets
- Welke leerdoelen wil ik toetsen?
- Zijn alle leerdoelen even belangrijk? Of krijgen bepaalde leerdoelen extra gewicht?
- Wat meet ik met de toetsvragen? * alleen reproductie van kennis? * ook toepassing van die geleerde kennis? * inzicht in de stof?
- Welke vraagvormen gebruik ik? * open vragen? * gesloten vragen? (bijvoorbeeld juist-onjuist, meerkeuze, matching) * een combinatie van open en gesloten vragen
- Wat is het doel van de toets? * formatief: hiermee oefent de leerling voor een summatieve toets en leert hij zelf hoe goed hij de stof beheerst * summatief: om het niveau te bepalen en een cijfer te geven * adaptief: om feedback te geven om hun leerproces bij te sturen.
Tip 3. Maak een toetsmatrijs
Heb je de bovenstaande vragen beantwoord?
Dan is je volgende stap het maken van een toetsmatrijs. Met een toetsmatrijs houd je grip op het aantal vragen en het type vragen die in de toets komen.
Toelichting bij de voorbeeld toetsmatrijs
Hieronder staat een voorbeeld toetsmatrijs voor een toets:
- Van 30 vragen, waarvan
* 7 open vragen
* 5 juist onjuist vragen
* 18 meerkeuzevragen - Met 10 leerdoelen
Leerdoel 5 en leerdoel 7 zijn 2x zo belangrijk als de andere doelen. Op de leerdoelen 5 en 7 geef je daarom extra punten. Dat kan op 2 manieren:- je maakt over die leerdoelen vragen met een zwaarder gewicht
- je neemt meer vragen op over leerdoelen 5 en 7
- In totaal kan een leerling 60 punten halen op deze toets.
De verhouding kennis : inzicht : toepassing in punten is in deze toetsmatrijs:
* 10% kennis
* 30% inzicht
* 60% toepassing
Voorbeeld toetsmatrijs
Tip 4. Laat leerlingen van tevoren weten hoe de toets eruit ziet
Voor elk type toets kun je een toetsmatrijs maken. Dus ook voor een diagnostische toets. Leerlingen krijgen door zo’n diagnostische toets al een beter beeld van hoe de “echte” toets eruitziet.
Vertel leerlingen van tevoren ook alvast wat voor vraagtypen er in de toets staan. Zijn er alleen open vragen, alleen meerkeuzevragen of is er een combinatie van vraagtypen?
Tip 5. Begin met een makkelijke vraag
Begin de toets met een makkelijke vraag. Als een leerling de eerste vraag direct weet gaat hij daarna vol vertrouwen verder met de rest van de toets. Met een laagdrempelige openingsvraag voorkom je dat leerlingen lang blijven hangen aan het begin van de toets, zenuwachtig worden en tijd verliezen. Je kunt leerlingen ook aanraden om eerst alle toetsvragen te scannen. En te vertellen dat ze zelf mogen bepalen in welke volgorde ze de vragen maken.
Wil jij tijd overhouden voor het samenstellen van de optimale toets?
De digitale toetsomgeving van Learnbeat kijkt gesloten vragen automatisch na en berekent de cijfers. Wil je meer weten?