Voor kinderen zijn er verschillende opties om spelenderwijs te leren programmeren. Ze kunnen bijvoorbeeld oefeningen maken met Bee-Bots, of een taal zoals Scratch gebruiken om programma’s te bouwen met blokjes code. Voor middelbare scholieren is dit in de meeste gevallen echter te makkelijk en te kinderlijk. Leerlingen zijn dan meer toe aan een taal met tekstcodes.
Maar jongeren meteen leren programmeren met Python (of andere teksttalen) kan voor velen van hen te moeilijk zijn en afschrikkend werken. Foutmeldingen verschijnen alleen in het Engels en zijn vaak niet constructief of veelzeggend (SyntaxError: unexpected EOF while parsing, bijvoorbeeld). Bovendien moeten leerlingen erg veel tegelijk leren. De programmeertaal Hedy pakt het daarom net even anders aan.