Toetsen blijft een heet hangijzer. Niet alleen voor leerlingen, ook voor veel docenten. Doctor René Westra is expert op gebied van toetsen en stond meer dan 50 jaar voor de klas in het vo. Hij deelt zijn kennis in deze blogserie. In deze 1e blog lees je zijn tips over onder meer het maken van toetsmatrijzen en het vaststellen van doelen, zodat je goed voorbereid bent als jullie een toets gaan samenstellen.
Geen tijd om het hele blog te lezen? Ga direct naar de toetsomgeving in Learnbeat.
De beste toetsen maak je samen met een collega. De één ontwikkelt de toetsvragen. Daarna leest de ander alles na. Die "tegenlezer" haalt onduidelijke formuleringen eruit, inhoudelijke foutjes of typefoutjes. Evalueer na afloop samen de toets: zijn alle vraagstellingen wel écht duidelijk?
Stel jezelf eerst de volgende vragen voordat je een toets gaat samenstellen:
Heb je de bovenstaande vragen beantwoord?
Dan is je volgende stap het maken van een toetsmatrijs. Met een toetsmatrijs houd je grip op het aantal vragen en het type vragen die in de toets komen.
Hieronder staat een voorbeeld toetsmatrijs voor een toets:
Voor elk type toets kun je een toetsmatrijs maken. Dus ook voor een diagnostische toets. Leerlingen krijgen door zo’n diagnostische toets al een beter beeld van hoe de “echte” toets eruitziet.
Vertel leerlingen van tevoren ook alvast wat voor vraagtypen er in de toets staan. Zijn er alleen open vragen, alleen meerkeuzevragen of is er een combinatie van vraagtypen?
Begin de toets met een makkelijke vraag. Als een leerling de eerste vraag direct weet gaat hij daarna vol vertrouwen verder met de rest van de toets. Met een laagdrempelige openingsvraag voorkom je dat leerlingen lang blijven hangen aan het begin van de toets, zenuwachtig worden en tijd verliezen. Je kunt leerlingen ook aanraden om eerst alle toetsvragen te scannen. En te vertellen dat ze zelf mogen bepalen in welke volgorde ze de vragen maken.